Plankje Ongeregeld

Poëzie: de strijd tegen clichés

Klara in de clinch met clichés over dichters en dichten...

Fijne gedichtendag iedereen!

Fijne Gedichtendag iedereen!

Wie vandaag iets wil doen in het teken van de poëzie, vindt op de Gedichtendagsite alle activiteiten die in België en Nederland worden georganiseerd.

En ga zeker ook even langs bij een van de 147 bibliotheken die een passend geschenkje voorzien: 'een pakketje poëtische postkaarten met gedichten van Jules Deelder, Jo Govaerts, Ester Naomi Perquin en Gerrit Kouwenaar. Topfotograaf Michiel Hendryckx zorgde voor een passende foto bij elk gedicht'.

Herman De Coninckprijs voor het beste gedicht 2008

Breng van maandag 21 januari tot vrijdag 25 januari online je stem uit op een van de vijf genomineerde gedichten en maak kans op boekencheques ter waarde van € 100.

De genomineerden zijn: Guido De Bruyn, Roger M.J. de Neef, Mark Insingel, Miriam Van Hee en Mark van Tongele.
Surf naar www.boek.be en klik op de Herman De Coninck-banner bovenaan om naar de stempagina te gaan. Daar kun je de gedichten lezen en beluisteren.

Het winnende gedicht verschijnt op een poster die op Gedichtendag, donderdag 31 januari, gratis wordt verspreid bij de deelnemende boekhandels.

Lucebert

Haar lichaam heeft haar typograaf
 
Spreek van wat niet spreken doet
Van vlees je volmaakt gesloten geest
Maar mijn ontwaakte vinger leest
Het vers van je tepels venushaar je leest
 
Leven is letterzetter zonder letterkast
Zijn cursief is te genieten lust
En schoon is alles schuin
De liefde vernietigt de rechte druk
Liefde ontheft van iedere druk
 
De poëzie die lippen heeft van bloed
Van mijn mond jouw mond leeft
Zij spreken van wat niet spreken doet

Haar lichaam heeft haar typograaf
Uit Poëzie is kinderspel
Lucebert
Bert Bakker/Daamen, 1968

Remco Campert

Hier nu         langs het lange diepe water
dat ik dacht dat ik dacht dat je altijd maar
dat je altijd maar

hier nu         langs het lange diepe water
waar achter oeverriet         achter oeverriet de zon
dat ik dacht dat je altijd maar

dat altijd maar je ogen         je ogen en de lucht
dat altijd maar je ogen en de lucht
altijd maar rimpelend         in het water rimpelend

dat altijd in levende stilte
dat ik altijd zou leven in levende stilte
dat je altijd maar         dat wuivend oeverriet altijd maar

langs het lange diepe water         dat altijd maar je huid
dat altijd maar in de middag je huid
altijd maar in de zomer in de middag je huid

dat altijd maar je ogen zouden breken
dat altijd van geluk je ogen zouden breken
altijd maar in de roerloze middag

langs het diepe water         dat ik dacht
dat ik dacht dat je altijd maar
dat ik dacht dat geluk altijd maar

dat altijd maar het licht roerloos in de middag
dat altijd maar het middaglicht         je okeren schouder
je okeren schouder altijd in het middaglicht

dat altijd maar je kreet         hangend
altijd maar je vogelkreet         hangend
in de middag         in de zomer         in de lucht

dat altijd maar de levende lucht         dat altijd maar
altijd maar het rimpelende water         de middag         je huid
ik dacht dat alles altijd maar         ik dacht dat nooit

hier nu langs het lange diepe water         dat nooit
ik dacht dat altijd         dat nooit         dat je nooit
dat nooit vorst         dat geen ijs ooit het water

hier nu langs het diepe water         dacht ik nooit
dat de meeuw ooit de cipres         dacht ik nooit
dat sneeuw         nooit de cipres         dat je nooit meer

Lamento
Uit Rechterschoenen
Remco Campert
Uitgeverij De Bezige Bij, 1992

Charles Baudelaire

Mon enfant, ma soeur,
Songe à la douceur
D'aller là-bas vivre ensemble!
Aimer à loisir,
Aimer et mourir
Au pays qui te ressemble!
Les soleils mouillés
De ces ciels brouillés
Pour mon esprit ont les charmes
Si mystérieux
De tes traîtres yeux,
Brillant à travers leurs larmes.

Là, tout n'est qu'ordre et beauté,
Luxe, calme et volupté.

Des meubles luisants,
Polis par les ans,
Décoreraient notre chambre;
Les plus rares fleurs
Mêlant leurs odeurs
Aux vagues senteurs de l'ambre,
Les riches plafonds,
Les miroirs profonds,
La splendeur orientale,
Tout y parlerait
À l'âme en secret
Sa douce langue natale.

Là, tout n'est qu'ordre et beauté,
Luxe, calme et volupté.

Vois sur ces canaux
Dormir ces vaisseaux
Dont l'humeur est vagabonde;
C'est pour assouvir
Ton moindre désir
Qu'ils viennent du bout du monde.
— Les soleils couchants
Revêtent les champs,
Les canaux, la ville entière,
D'hyacinthe et d'or;
Le monde s'endort
Dans une chaude lumière.

Là, tout n'est qu'ordre et beauté,
Luxe, calme et volupté.

L'invitation au voyage
Uit Les fleurs du mal
Charles Baudelaire
LGF - Livre de Poche, 1972

e.e. cummings

love is a place
& through this place of
love move
(with brightness of peace)
all places

yes is a world
& in this world of
yes live
(skilfully curled)
all worlds

Uit Complete Poems 1904-1962
e.e. cummings
Liveright Publishing Corporation, 1994

Peter Verhelst

Ze staat in zweetdruppels
te lezen. Jammert zacht in het hout
van het bed. Zo oeverloos is de hitte
dat ze slaapwandelend door de muur dringt
en zich naast je uitstrekt. Urenlang
zou je willen kijken hoe ze oplost,
hoe ondraaglijk langzaam iets
de hals strekt om zich van kop tot teen
te laten oliën, een web van speekseldraden,
kneuzingen, slaapstriemen, tot ze
bleek en weerloos druppelend
ligt te glanzen. Even later sta je op
een terras met sterren bezaaid
naar adem te happen, de armen
om je heen geslagen, bedwelmd, alsof
ze opkringelt uit het grasperk, een bos
tijm. Het kan niet anders zijn
dan de nacht zelf die in- en uit-
geademend in sluiers langs het huis strijkt;
een wolk, door het zwembad uitgezucht,
die boven ons komt hangen, trillend
ons doordrenkt, tot het van ons af slaat:
het lichaam van een droom
die je, tollend onder de oogleden,
keer op keer overmant, als was het geen.

Uit Alaska
Peter Verhelst
Prometheus, 2003